-
1 bedrijf
-
2 in bedrijf stellen
in bedrijf stellenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in bedrijf stellen
-
3 taxatiewaarde
-
4 vreemdelingenverkeer
1 tourism, tourist traffic ⇒ 〈 als bedrijf ook〉 tourist industry 〈ook → link=VVV-kantoor VVV-kantoor〉Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > vreemdelingenverkeer
-
5 winst
1 [opbrengst boven de bestede kosten] profit ⇒ 〈 vaak meervoud, rendement〉 return, 〈 van bedrijf, ook〉 earning(s), 〈meervoud; speel/gokwinst〉 winning♦voorbeelden:ingehouden winsten • retained profits/earningsnetto winst • net/ 〈 Brits-Engels ook〉nett returns/gain/profitzuivere winst • clear profitwinst behalen/opleveren • gain/make/yield (a) profithet huis bracht winst op • the house realized a profitwinst slaan uit • make money out of, capitalize ontel uit je winst • it can't go wrong, Bob's your uncleer zit winst in • there's money in itmet winst verkopen • sell at a profitmet de winst gaan strijken • reap the profitop winst uit zijn • be out to make a profitop winst spelen • play to winop winst staan • be winningwinst uit onderneming • operating profits, profit from ordinary activities -
6 gelieerd
♦voorbeelden: -
7 vice-president
-
8 grond
4 [bodem onder water] bottom♦voorbeelden:een stuk grond • a plot of landbraakliggende grond • waste landlaag bij de grond • 〈 figuurlijk〉 commonplace, pedestrian, triteiemand tegen de grond slaan • knock someone flattegen de grond gaan • fall down〈 figuurlijk〉 zij heeft haar bedrijf van de grond af opgebouwd • she built up her firm up from scratch2 〈 schertsend〉 een kunstenaar van de koude grond • a third-rate/would-be artist, an artist of sortsschrale/onvruchtbare grond • barren/poor soilvaste grond onder de voeten hebben • 〈 ook figuurlijk〉 be on firm/solid groundgewijde grond • consecrated groundiemand nog verder de grond in trappen • kick someone when he's downtoen de grond hem te heet onder de voeten werd • when things got too hot for him〈 figuurlijk〉 iemand/iets de grond in prijzen • praise someone/something to the skiesals aan de grond genageld staan • be rooted to the spotdoor de grond (kunnen) gaan/zinken van schaamte • not know where to put oneself for embarrassmentop de grond zitten • sit on the ground/floor〈 figuurlijk〉 iemand de grond in boren • crush someone; 〈 (ernstig) bekritiseren〉 crucify someone, tear/pull someone to pieces/shreds〈 figuurlijk〉 iemand/iets te gronde richten • ruin someone/somethingzichzelf te gronde richten • dig one's own gravegoede grond hebben iets aan te nemen • have good grounds/reason for somethingop medische gronden • for medical reasons, on medical groundsgronden aanvoeren voor • advance arguments fordie bewering mist alle grond • that assertion is without (any) foundation/is groundlessop grond van zijn huidskleur • because of/on account of his colourop grond van artikel 26 • on the basis of/by virtue of section 26op grond waarvan • on the basis of whichop grond van het feit dat … • on the basis of/by reason of the fact that …6 in de grond van de zaak • at bottom, basicallydat komt uit de grond van zijn hart • that comes from the bottom of his heart -
9 tak
♦voorbeelden:de Amerikaanse tak van ons bedrijf • the American branch/division of our companyde arme tak • the poor side/branch (of the family)een weg die zich in twee takken splitst • a forked roadde wandelende tak • the Bstick insect/Awalking stick -
10 reorganiseren
1 reorganize ⇒ 〈 overgankelijk werkwoord ook〉 reconstitute 〈 bedrijf, bestuur, vereniging〉, reconstruct 〈 leger, politiewezen〉, reshuffle 〈 kabinet〉♦voorbeelden:dat bedrijf wil reorganiseren • that company intends to reorganize -
11 baat
♦voorbeelden: -
12 gemengd
1 mixed ⇒ 〈 thee, whisky enz.〉 blended, 〈 verscheiden, gevarieerd ook〉 miscellaneous, 〈 met betrekking tot koekjes, bonbons enz., ook〉 assorted♦voorbeelden:een gemengd bedrijf • a mixed farmvan gemengd bloed • of mixed blood/descent; 〈informeel; beledigend〉 half-breed/-castegemengde gevoelens hebben (omtrent iets, iemand) • have mixed feelings (about something, someone)een gemengd huwelijk • a mixed marriageeen gemengd koor • a mixed choireen gemengde school • 〈 voor jongens en meisjes〉 a mixed/co-educational school -
13 leiding
2 [bestuur] direction ⇒ 〈 van een onderneming〉 management, 〈 bestuurders ook〉 managers, 〈 bestuurders ook〉 (board of) directors, 〈 leiders〉 leadership4 [sport] [koppositie] lead♦voorbeelden:1 belast zijn met de leiding van de vergadering • preside over/chair the meetingonder zijn bekwame leiding • under his (cap)able leadershipleiding geven (aan) • direct 〈 werkzaamheden〉; lead 〈 team〉; manage, run 〈 bedrijf〉; govern 〈 volk, vereniging〉; preside over/chair 〈 vergadering〉iemand de leiding geven • put someone in chargewie heeft er hier de leiding? • who's in charge here?de jeugd heeft meer leiding nodig • young people need more guidanceleiding kunnen geven • have leadership qualitieszelf de leiding nemen • take matters/things into one's own handshet orkest onder leiding van A. • the orchestra conducted by A.3 bovengrondse/ondergrondse leiding • aboveground/underground pipes/cables; 〈 elektriciteit bovengronds〉 overhead wires, lineelektrische leiding • electric wire/cable; 〈 bedrading〉 (electric) wiring; 〈 hoofdleiding〉 electricity main(s); 〈 voor aanvoer stroom〉 power lineleidingen aanleggen in een huis • 〈 elektriciteit〉 wire a house; 〈 gas, water〉 install the pipes/piping in a houseAjax heeft de leiding met 2 tegen 1 • Ajax leads 2-1 -
14 overzicht
♦voorbeelden:overzicht vanuit de lucht • bird's-eye viewik heb geen enkel overzicht meer • I have lost all track of the situationeen beknopt overzicht • a (concise) summaryeen financieel overzicht • a financial statementeen kort overzicht geven van • 〈 ook〉 summarize, outlineeen overzicht opstellen • put together a survey -
15 dienst
1 [het dienen (voor/door een openbare instelling)] service2 [leger, religie] service3 [het verrichten van werkzaamheden] duty♦voorbeelden:gewone, buitengewone dienst • revenue/capital accountzich in dienst stellen van • place oneself in the service ofin dienst treden • 〈 zeer hoge positie aanvaarden〉 take up office; 〈 gewoon beginnen〉 officially start one's jobik ben een maand geleden in dienst getreden bij Van Dale als redacteur • a month ago I joined Van Dale as an editorin dienst nemen • take on, engagedienst nemen, in dienst gaan • enlist, join the armyin dienst zijn • do one's military serviceik heb morgen geen dienst • I am off duty tomorrowhij heeft van 8 tot 12 dienst • he is on duty from 8 till 12de lift is buiten dienst • the lift is out of orderiemand een goede dienst bewijzen • do someone a good turnje kunt me een dienst bewijzen • you can do me a favourzijn diensten uitbreiden • extend one's servicesde ene dienst is de andere waard • one good turn deserves another6 in vaste/tijdelijke dienst zijn • hold a permanent/temporary appointmentiemand de dienst opzeggen • give someone noticeiemand in dienst hebben • employ someonein dienst zijn bij iemand • be in someone's servicein dienst van een bedrijf • in the pay of a company¶ dienst doen (als) • serve (as/for)gooi dat niet weg, het kan nog wel eens dienst doen • don't throw that away, it might come in useful some dayde dienst uitmaken • run the show, call the shotsin dienst van het vaderland • in the service of the countrytot uw dienst • you're welcomewij staan geheel tot uw dienst • we are entirely at your serviceiemand van dienst zijn met • be of service to someone withwat is er van uw dienst? • what can I do for you?kan ik u van dienst zijn? • can I help you?; 〈 in winkel ook〉 are you being served? -
16 economisch
2 [met betrekking tot de staathuishoudkunde] economic♦voorbeelden:2 het economisch belang/de economische aspecten van het uitgeversbedrijf • the economics of publishingEconomische Hogeschool/Faculteit • School of Economics; 〈 faculteit ook〉 Faculty/Department of Economicshet economisch leven • the economyeconomisch achteruit gaan • 〈 van bedrijf〉 go into financial decline; 〈 van land〉 go into economic decline -
17 fokkerij
2 [bedrijf] breeding farm ⇒ stock farm, pig farm 〈 varkens〉, breeding kennel(s) 〈 honden〉, stud farm 〈 paarden〉 -
18 geldschieter
1 〈 beroep〉 moneylender; 〈 voor opzet bedrijf, uitvoering〉 (financial) backer ⇒ 〈van sport/cultuurevenement ook〉 sponsor -
19 geolied
♦voorbeelden: -
20 gigant
1 [reusachtige persoon/zaak, ook in samenstellingen] giant2 [mythologie] Titan♦voorbeelden:een gigant van een bedrijf • a gigantic company
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Balthasar Bekker — (* 20. März 1634 in Metslawier (Friesland); † 11. Juni 1698) war ein deutsch niederländischer, protestantischer Theologe, Philosoph, Prediger der frühen Aufklärung. Als … Deutsch Wikipedia